Mosselbanken in de Waddenzee blijven liggen

donderdag 17 maart 2016

De drie mosselbanken die vanaf 1997 worden gevolgd door IMARES Wageningen UR (maar al eerder zijn ontstaan) zijn alledrie nog aanwezig in de Waddenzee. Deze banken bestaan inmiddels zeker 20 jaar op dezelfde locatie. De oude banken blijken erg stabiel in oppervlakte.

De ontdekking is van belang omdat er  vaak wordt gedacht dat mosselbanken vanzelf weer verdwijnen na verloop van tijd. Uit het nieuwe onderzoek, dat in opdracht van het ministerie van EZ is uitgevoerd, blijkt dat mosselbanken inderdaad in het algemeen na het jaar van ontstaan langzaam in oppervlakte, bedekkingspercentage en populatiedichtheid achteruit gaan.

Langer dan gedacht
Máár de afname in oppervlakte wordt op de lange termijn teniet gedaan door een incidentele goede broedval. Daarna begint het proces opnieuw. Over de jaren ontstaat zo geleidelijk een mosselbank met meerdere jaarklassen en met een gevarieerde biogemeenschap. De banken blijven nu al twee decennia overeind en dat is veel langer dan gedacht.

Sinds 2006 volgen de onderzoekers ook 5 dynamische mosselbanken. Hiervan zijn er weliswaar drie verdwenen, maar twee ervan bestaan nog steeds. Waarschijnlijk zijn ze nog een paar jaar ouder, rond de 12 jaar, denken de onderzoekers.

Japanse oester
Een andere belangrijke constatering uit het onderzoek is dat op vrijwel alle gevolgde mosselbanken de Japanse Oester steeds vaker voor komt. De mosselbanken ontwikkelen zich hierbij tot een gemengde mossel-oesterbank. Deze constatering komt ook overeen met de waarnemingen van de Waddenunit.

De vestiging van oesters op een mosselbank kan concurrerend werken, stellen de onderzoekers verder. Maar er kan ook sprake zijn van extra bescherming en stabiliteit voor de mosselen.

Rijke Waddenzee
De onderzochte mosselbanken zijn droogvallende mossels. Ze staan dus los van het Mosselconvenant dat door PRW wordt uitgevoerd (dat gaat om mosselen permanent onder water). Het onderzoek heeft voor PRW wél belangrijke implicaties. Zo geeft het aan dat de nieuwe strategie van de natuur met rust laten op lange termijn tot natuurontwikkeling kan leiden.

DOWNLOAD: Rapport IMARES Wageningen UR