Versterking Texelse Prins Hendrikdijk met zand lijkt in zicht

vrijdag 20 juli 2012

Door medefinanciering en betrokkenheid van het Programma naar een Rijke Waddenzee was het mogelijk om een uitgebreid onderzoek uit te voeren naar de mogelijkheden vanuit natuur en veiligheid voor een zachte, zandige, kustzone als alternatief voor een reguliere dijkversterking. De zandige variant kan op veel draagvlak rekenen in de regio. Bovendien past deze goed in de strategie die het programma van de Deltacommissaris nastreeft: een flexibele, uitbreidbare manier van kustversterking waarin veiligheid, natuur en recreatie worden gecombineerd.

De plannen lijken nu werkelijkheid te worden. Dat hebben de bestuurders van Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier, Provincie Noord-Holland, gemeente Texel en het Programma Naar een Rijke Waddenzee samen met het Ministerie I&M geconcludeerd tijdens een bestuurlijk overleg. Bestuurders zijn blij dat na een intensieve samenwerkingsperiode de financiën bijna rond zijn voor dit deel van de Waddenzeedijk, waardoor de dijk voor de komende 50 jaar veilig is.

Eind 2012 definitief besluit voor Prins Hendrikdijk
De betrokken bestuurders hadden in 2011 al aangegeven dat de zandige variant een goede en kansrijke oplossing was, maar tegelijkertijd geconcludeerd dat de variant fors duurder was dan een binnenwaartse variant (geraamde kosten €30 miljoen). Dit komt omdat het onderhouden van de zanddijk meer kost dan het onderhoud van een gewone dijk met gras of steen. En daarnaast wordt het ontwerp gecombineerd met natuurlijke vooroevers. De afgelopen zes maanden is er nog eens goed gekeken naar het ontwerp, optimalisaties en de bijbehorende kosten. De kosten van de zandige variant zijn omlaag gebracht en worden op dit moment geraamd op €44 miljoen. Deze kosten overstijgen nog steeds de subsidie die vanuit het landelijk Hoogwaterbeschermingsprogramma beschikbaar is voor de waterveiligheid. Nu is besloten dat in ieder geval het hoogheemraadschap, de gemeente Texel, het Programma Naar een Rijke Waddenzee en de provincie Noord-Holland een deel van de meerkosten voor hun rekening nemen. De rest van de meerkosten zou mogelijk uit het Waddenfonds kunnen komen. Alle partijen spannen zich in om deze laatste bijdrage voor elkaar te krijgen. Eind 2012 moet het geld definitief zijn geregeld.

Voortgang dijkversterkingproces
Om geen vertraging op te lopen, stelt het bestuur van het hoogheemraadschap na de zomer 2012 voor de rest van de Waddenzeedijk de voorkeursvarianten vast. Afhankelijk van de ontwikkelingen rond de zandige variant wordt de Prins Hendrikdijk losgeknipt van het proces. Als de zandige variant niet haalbaar is wordt de binnendijkse variant weer in dit proces meegenomen.