Betere samenwerking met Duitsland over de Eems

woensdag 20 mei 2015

De kwaliteit van de Eems-Dollard is al veel jaren een bron van zorg in zowel Nederland als Duitsland. Tot voor kort werd er door beide landen nauwelijks samengewerkt om de natuurwaarden van het estuarium te behouden en verder uit te breiden. Het Integraal Management Plan Eems-Dollard brengt daar verandering in. Op 30 april werd het conceptrapport onder belanghebbenden gepresenteerd.

In het Integraal Management Plan (IMP) komen de Nederlandse en de Duitse belangen en ideeën voor een integraal beheer van de Eems-Dollard samen. Behoud en versterking van natuurwaarden gaan daarbij hand in hand met ruimte voor duurzame economische groei. Het IMP, in het Duits ‘der integrierte Bewirtschaftungsplan Ems’ (IBP), is een planvorm die tot nu toe Nederland niet bekend was. Een juridische grondslag ontbreekt daardoor. Vandaar dat de fase waarin de stakeholders zes weken de tijd hebben om te reageren op het conceptrapport wordt aangeduid als een reactieronde.

Samenwerking
Dat beide landen überhaupt samenwerken is volgens Wim Schoorlemmer, trekker vanuit het ministerie van Economische Zaken van het IMP aan Nederlandse zijde, de grootste winst van het IMP. “Voor we ruim vier jaar geleden met het IMP begonnen waren er in de Eems-Dollard alleen commissies waarin Nederland en Duitsland elkaar informeerden, maar niet samen dingen oppakten. Zo werden bijvoorbeeld verschillende systemen gehanteerd om kwaliteit te meten. In het IMP hebben Nederland en Duitsland voor het eerst samen de waarden en kwaliteit van het gebied benoemd.”

Slibprop
Dit gebeurde vanuit Natura 2000. Maar ook het huidig gebruik en de wensen voor toekomstig gebruik door andere belangen in het gebied – Kaderrichtlijn Water, hoogwaterveiligheid, scheepvaart/havens, economie, visserij, landbouw, jacht en recreatie/toerisme – zijn beschreven en naast de natuurwaarden gelegd. Knelpunten zijn vertaald in een boekwerk met 51 te nemen maatregelen, waarvan drie Nederlands, twintig Duits en 28 gemeenschappelijk. “Ook de rivier de Ems maakt deel uit van het IMP-gebied. Daarvoor zijn veel maatregelen opgesteld om de slibprop uit het systeem te krijgen”, verklaart Schoorlemmer het grote verschil tussen het aantal Nederlandse en Duitse maatregelen.

Geen spijt
Eén van de belangrijkste actiepunten is nu om nader onderzoek te doen naar de effectiviteit en haalbaarheid van de uit te voeren maatregelen. De maatregelen die nu kunnen worden uitgevoerd zijn vooral zogenaamde ‘no regret’ maatregelen. Deze hebben een positief lokaal effect – zoals het verwijderen van de Griesberg -, maar dragen nog niet zoveel bij aan het verbeteren van het systeem. “Voor de systeemgerichte maatregelen moet nog veel worden uitgezocht. Het zou mooi zijn als Nederland en Duitsland dat samen kunnen doen”, zegt Schoorlemmer, die ook graag zou zien dat er één formeel bilateraal orgaan komt dat de beleidsontwikkeling en de uitvoering gaat coördineren. “Voor het Schelde-estuarium is een dergelijk gezamenlijk instituut met België succesvol gebleken.”

Vertraging
Volgens de oorspronkelijke planning had het IMP eind vorig jaar al klaar moeten zijn. Nu is eind dit jaar het doel. Schoorlemmer verklaart de vertraging uit de wens om een gezamenlijk rapport voor het gehele gebied te kunnen presenteren. “Over de kwaliteit en waarden van de Eems-Dollard konden we elkaar goed vinden, maar door verschillen in werkwijze, cultuur en taal, kostte het opstellen van het conceptrapport meer tijd dan gedacht. Zo moest er goed over de tekst worden nagedacht om die zowel in het Duits als het Nederlands de juiste lading te geven.”

Griesberg
Het IMP is voor Nederland een basisdocument voor het Beheerplan Natura 2000 wat betreft de instandhouding van de Natura 2000 waarden van de Eems-Dollard. Datzelfde geldt voor verschillende maatregelen in het kader van de Kaderrichtlijn Water, zoals het verwijderen van de Griesberg bij Delfzijl. Over de borging en financiering van het IMP kan Schoorlemmer nu nog niets zeggen. “Het rapport is in eerste instantie een bestuurlijk advies richting andere overheden en partijen die wat willen in het gebied. Borging gebeurt pas via het Beheerplan Natura 2000 en de maatregelenprogramma’s van de KRW. Dan komt er ook zicht op kosten en financiering.”