Mosselbankhotspots in de Waddenzee

dinsdag 11 september 2012

In de Waddenzee bestaan zogenaamde “mosselbankhotspots”. Dit zijn plekken waar niet altijd mosselbanken liggen, maar waar ze wel regelmatig terugkeren. Het gaat dan vooral om kombergingen die goed beschut zijn tegen getijdenwerking en golfslag. Dit blijkt uit nieuw onderzoek van Eelke Folmer en het Duitse onderzoeksproject WIMO.

Eerder al had het Programma naar een Rijke Waddenzee in 2010/2011 een studie laten uitvoeren naar de waarde, voor zowel onderzoek als beleid, van een vergelijking van verschillende kombergingen in de gehele trilaterale Waddenzee. Kombergingen zijn deelgebieden waartussen weinig waterverplaatsing plaatsvindt, maar die wel in verbinding staan met de open zee. De uitkomsten waren toen veelbelovend. Als vervolg hierop is daarom in 2011/2012 door Folmer een onderzoek naar de langetermijnontwikkeling van mosselbanken op droogvallende wadplaten uitgevoerd.

Resultaten
Uit de analyses blijkt nu onder andere dat er in de trilaterale Waddenzee “mosselbankhotspots” bestaan: plekken waar weliswaar niet altijd mosselbanken liggen, maar wel steeds weer terugkomen. De gemiddelde dichtheid van mosselbanken wordt in hoge mate bepaald door de hydrodynamische omstandigheden.

Dat wil zeggen dat die kombergingen die relatief goed beschut zijn tegen getijdenwerking en golfslag een gemiddeld hogere dichtheid aan litorale (droogvallende) mosselbanken vertonen dan de minder beschutte kombergingen. Een tweede factor is waarschijnlijk de hoeveelheid beschikbare voedingsstoffen.

Beleid en beheer
Deze bevindingen zijn relevant voor het beleid en beheer van de Waddenzee. In de eerste plaats om realistische verwachtingen en doelstellingen te formuleren voor ontwikkeling van mosselbanken en de daarvan afhankelijke biota. In het Natura2000 beleid is de staat van instandhouding afhankelijk van de aanwezigheid en dichtheid van mosselbanken. Deze analyse maakt duidelijk dat de afwezigheid van mosselbanken in een bepaalde komberging niet noodzakelijkerwijs tot een negatieve beoordeling van de staat van instandhouding zou moeten leiden, aangezien natuurlijke omstandigheden de ontwikkeling van mosselbanken kunnen belemmeren.

Ten tweede kan deze informatie gebruikt worden om waterkwaliteit parameters te evalueren. Dit is in het belang van de Kaderrichtlijn Water (KRW) en de Europese Kaderrichtlijn mariene strategie (KRM).