Duinen in beweging; voor mens en natuur

Wie in de duinen komt, geniet van het prachtige landschap. Duinen zijn niet alleen mooi, maar ze vervullen ook belangrijke functies. Naast de grote recreatieve betekenis, huisvesten ze unieke en beschermde natuurwaarden waar we een speciale verantwoordelijkheid voor hebben. Ook zorgen de duinmassieven voor veiligheid tegen overstromingen. En ze vervullen een belangrijke rol in onze zoetwater- en drinkwatervoorziening. Daarnaast vormt de zeer diep stekende grondwaterbel een versperring tegen zoutwaterindringing vanaf de zeezijde. Allemaal belangrijke zaken nu de klimaatverandering en zeespiegelstijging voelbaar begint te worden.

Vastleggen van de duinen

Vroeger was het voor de veiligheid van groot belang om de voorste rij duinen, de zeereep, vast te leggen. Deze werd beplant met helm, er werden stuifschermen geplaatst en stuifdijken aangelegd. Zo hoopte zand zich op dat een buffer vormde die af kon slaan tijdens de stormvloeden. In de rustige tijd konden de duinen zich dan weer herstellen door aanzanding. Op deze wijze werd kustachteruitgang tegen gegaan. Dit zeereepbeheer heeft gezorgd voor afname in dynamiek in de zeereep, maar vooral ook in het duingebied erachter. Daarnaast zorgden de achteruitgang van de konijnenstand en de neerslag van stikstof voor stimulatie van de vegetatieontwikkeling. Het gevolg was dat de achter de zeereep liggende duinen zelf niet meer konden ophogen en variatie aan planten en dieren afnam; ook werd het landschap saaier.

Nieuw denken

Aan het eind van de 20ste eeuw is er een omslag gekomen in het beheer van de kust. Het gaat er bij dit ‘dynamisch kustbeheer’ om, dat de kustlijn wordt vastgehouden met behulp van suppleties. Zo wordt de kustlijn gehandhaafd, zodat we de zeereepduinen niet langer hoeven in te zetten als buffer tegen kustafslag. Hierdoor ontstaat er ook meer ruimte om dynamiek in de duinen toe te laten. Op plekken waar de wind vrij spel krijgt komen er kerven en stuifduinen. Deze ontstaan deels natuurlijk door het achterwege laten van duinonderhoud en deels actief doordat de mens de vegetatie verwijdert waardoor het zand weer kan stuiven.

Rol van dynamiek

We weten nu dat die verstuiving en dynamiek een hele positieve rol speelt voor de gehele kust. Met duindynamiek breng je meer zand in het systeem zodat niet alleen het strand maar ook de duinen kunnen meegroeien met de zeespiegelstijging. Daarnaast brengt het verse zand natuur- en landschapsverbetering. Als het duinvolume toeneemt kan dit tevens een positief effect op de zoetwatervoorraad hebben.

Typen dynamiek

Er zijn verschillende typen dynamiek. Welk type op een plek mogelijk is hangt van de omstandigheden en de doelen af.

  • Zeewaartse uitbreiding: Wanneer we de aanspoelsels vanuit zee op het strand laten liggen en het strand rijden beperken, bieden we een aanknopingspunt voor de embryonale duinvorming, Zo ontstaan de deels begroeide lage duintjes op het strand die de prille fase van duinvorming zijn. Tijdens een flinke storm worden ze vaak weer weggevaagd, maar soms worden ze steeds hoger en rijgen ze zich aaneen tot een langere keten en ontstaat er een “nieuwe zeereep”. Bij kustuitbreiding kunnen deze duinen bewaard blijven. Als we met suppleties het strand zeewaarts verplaatsen kunnen zich dus echt nieuwe duinen vormen.
  • Overpoedering: Hier vindt alleen wat verjonging van de vegetatie plaats door het gestaag overstuiven van zand.
  • Meegroeien en ophoging binnenduin: Voor het meegroeien met de zeespiegelstijging is het van belang dat er voldoende zand in de waterkering is. Kerven en stuifkuilen fungeren dan als “doorgeefluik” van zand naar achter de zeereep gelegen duinen die daardoor hoger worden. Zij kunnen vanzelf ontstaan wanneer we beplanting en bescherming van de zeereep achterwege laten of op gang worden gebracht door het verwijderen van de vegetatie.
  • Wind vrij spel: Wanneer we in brede duingebieden de wind vrij spel geven ontstaan er diepe kerven en kuilen en kunnen zandhopen door het duingebied gaan “wandelen”. Het stuivende zand vergroot de landschappelijke variatie en zorgt voor verjonging van de vegetatie. Er kunnen zo diepe kuilen in de duinenrij ontstaan, maar dat hoeft geen probleem te zijn. Als de primaire waterkering voldoende landinwaarts ligt kan dit voor de veiligheid geen kwaad en zorgt de veelheid aan overgangen, van zoet naar zout, van hoog naar laag, van nat naar droog, voor een diversiteit aan habitats en soorten.

Suppletie en dynamisering als instrument

We weten dat we moeten kijken naar de samenhang tussen zee-strand-duin en achterland. Hoeveel zand is er beschikbaar? Waar wil je het zand hebben en waar moet het vandaan komen? En is dat realistisch? Vervolgens kun je kijken of je aanvullend juist wel of geen suppletie zou willen. Enerzijds zorgen suppleties voor voldoende zand, anderzijds kan het achterwege laten van een suppletie leiden tot een proces van erosie waardoor een dynamisering op gang wordt gebracht; een duinmassief “wakker wordt gekust”. Doordat een bepaalde mate van duinafslag mogelijk wordt, kunnen er openingen in het duinmassief ontstaan, die meer duindynamiek mogelijk maken. Erosie kan zodoende deel uitmaken van cyclische verjonging van habitats, mits ook weer aangroei plaatsvindt.

Mogelijke risico’s

Niet iedereen wordt direct enthousiast als we over het toestaan van meer duindynamiek beginnen. De omgeving is vaak bang voor “gaten” in het duin, vraagt zich af of een eiland niet in tweeën breekt, of het zand niet gaat stuiven op plekken waar je het niet wilt hebben en of erosie niet tot schade aan infrastructuur of gebruiksfuncties leidt. Gelukkig hebben we de middelen om –mochten er onverhoopt toch ongewenste ontwikkelingen optreden- een proces weer snel tot stilstand te kunnen dwingen. Daarmee zijn de risico’s zeer beperkt. Het fijne is dat de duinophoging door zandinstuiving en de duinverbreding door zandsuppleties het ook mogelijk maakt om de volumes aan zoet grondwater op peil te houden terwijl deze onder een stijgende zeespiegel kleiner kunnen worden. Naast een boeiende biologie, een prachtig landschap en waterveiligheid kunnen we zo ook nog rekenen op behoud van onze zoetwatervoorraden.

Enkele ervaringen

  • Grootschalige dynamiek hoeft niet te leiden tot verdwijnen van een eiland. Op de Rottums vindt sinds begin jaren ’90 geen actief onderhoud meer plaats. Het volume en oppervlak boven hoogwater van Rottumeroog is sinds 2005 met ongeveer 20% toegenomen.
  • De ontwikkeling op Terschelling tussen paal 15 en 19 heeft ertoe geleid dat de zeereep over de gehele lengte naar binnen is gestoven waarna zich een nieuwe zeereep ervoor heeft gevormd. Daarmee is het zandvolume in het gebied met zeker 1/3e toegenomen.
  • Kerven zorgen ervoor dat zand wel 2 km ver het land in kan komen wat weer voor verjonging van de vegetatie zorgt.
  • Fiets- en ruiterpaden kunnen last hebben van overstuiving; soms kan dat gemakkelijk worden tegengegaan middels beplanting en plaatsen van schermen en soms accepteren bezoekers deze neveneffecten. Ook kunnen fietspaden verder naar binnen worden verlegd, als de overlast door overstuiving te groot wordt ( voorbeeld: Vlieland).
  • En last but nog least: duinsedimentatie varieert van enkele mm’s tot en met 1m per jaar.

Wat is van belang?

  • Niet alles kan overal. We moeten afspraken maken waar dynamiek wel en niet mogelijk is en tot hoe ver je dynamiek laat gaan en wat je maatregelen zijn indien duinafslag, kerven of washovers leiden tot maatschappelijk ongewenste situaties.
  • Daarom moet je ook goed blijven meten, zodat je in de gaten houdt dat eventuele overlast niet te ver gaat. Het is daarbij goed om bewoners te betrekken zodat ook zij vertrouwen houden dat het allemaal goed gaat. Zo nodig kan het instrument van strand- of vooroeversuppletie worden ingezet als te snelle afkalving van de duinen dreigt.
  • Je moet het wel de tijd gunnen: dynamiek komt soms langzaam op gang. Het is een goed beheersbaar proces en snel lokaal te stoppen als dat nodig is voor de veiligheid of andere belangen, bijvoorbeeld door het inplanten van helm of het doen van een suppletie.
  • En we moeten daarom op tijd beginnen; de zeespiegelstijging is nu nog beperkt maar het ziet er naar uit dat er na 2050 een aanzienlijke versnelling op gaat treden. Willen we ons daarop voorbereiden dan moeten we nu goed kijken hoe we duindynamiek hiervoor op de juiste manier kunnen benutten.

Door de kustlijn op haar plek te houden en de duinen meer vrijheid te geven creëren we kansen voor de natuur én voor onszelf.