Geen Belgische toestanden

donderdag 10 september 2020

De internetconsultatie voor de Agenda voor het Waddengebied 2050 loopt 14 september 2020. Iedereen kan reageren op het ontwerp. Ondertussen wordt er verder gewerkt aan een Uitvoeringsprogramma. Het Omgevingsberaad heeft in mei 2020 over het ontwerp gesproken; ze vraagt meer aandacht voor de manier waarop partijen zoeken naar de balans tussen medegebruik en hoofddoelstelling natuur. Ieder die betrokken en begaan is met het Waddengebied zal de ontwerp-Agenda op zijn of haar manier beoordelen. Ook ik heb een opvatting. Die wordt gevoed door de ervaringen sinds het verschijnen van de Planologische Kernbeslissing Derde Nota Waddenzee (2007) en de baaierd aan initiatieven waar velen mee bezig zijn om de toen vastgestelde opgaven te realiseren. Maar ik wil het nu niet over mijn opvatting hebben. Nou, eentje dan. De ontwerp-Agenda ontbeert duidelijke beslissingen, maakt geen duidelijke keuzes. Dat is denk ik de resultante van een dieper liggende ontwikkeling in onze samenleving.

Tijd voor grote keuzes en sturing

Op 4 september schrijft het Friesch Dagblad in hun hoofdartikel “In landen waarin de overheid een stevige vinger in de pap heeft, wonen gelukkiger mensen”. Dit artikel reageert op het VN-onderzoek over de vraag in welk land kinderen het beste kunnen opgroeien. Nederland doet het goed. Landen waar de markt domineert, zoals de Verenigde Staten en Engeland, doen het een stuk minder. Het artikel sluit af met de conclusie: “Het verband tussen bevolkingsgeluk en de rol van de overheid in de samenleving is een duidelijke indicatie dat de neoliberale staatskoers van de afgelopen decennia een heilloze weg is. Veel partijen zien dat gelukkig nu in.” En over de invulling van het Nationaal Groeifonds schrijft deze krant in het hoofdartikel van 8 september 2020: “Het kabinet had de besteding gewoon in eigen hand moeten houden en moeten beslissen op basis van een politieke visie op hoe Nederland er in de toekomst uit moet zien. Verschillende dossiers – bijvoorbeeld klimaat, landbouw, onderwijs – schreeuwen om een kabinet dat in staat is om een gezamenlijk toekomstbeeld te schetsen op basis van een politieke visie, en daar beleid op maakt.”

Wat heeft dat nu met de ontwerp-Agenda (verder Agenda) te maken? De Agenda is bedoeld als opvolger van de Derde Nota Waddenzee (later hernoemd tot Structuurvisie). De Agenda moet zelfbindend zijn voor de overheden en andere organisaties die de Agenda gaan onderschrijven. Of anders gezegd, deze partijen zeggen toe de gekozen richting voor de ruimtelijke ordening van het Waddengebied, de gekozen doelen, de gevonden balans tussen natuur en medegebruik etc. als vertrekpunt te nemen en door te vertalen naar hun beleid. Bent u er nog?

Agenda voor het Waddengebied mist keuzes

Waar kan ik nu lezen waarheen het Waddengebied zich ontwikkelt en waar ik me als burger of ondernemer aan heb te houden. En wat overheden aan publieke doelen in het Waddengebied gaan realiseren? Dat kan ik niet. De Agenda wijst een richting, ongeveer, met meerdere wegwijzers die ook wel een afwijking van tientallen graden ten opzichte van elkaar hebben. De Agenda richt zich op 2050, 30 jaar na nu. In de komende 30 jaar krijgen we te maken met grote onzekerheden over hoe het klimaat verandert. Als alles goed gaat is over 30 jaar het klimaatakkoord van ‘Parijs’ gerealiseerd. We zitten midden in de Vierde Energietransitie, eentje die niet plaatsvindt omdat het ons voordelen biedt, maar om te groot onheil te voorkomen. Een moetje dus. Over 30 jaar zullen we weten hoe de transities van energie, voedselvoorziening en transport zich hebben voltrokken. Er is veel positieve energie en daadkracht in het Waddengebied. Het zou mooi zijn om die energie in het licht van de lopende transities te richten. En om die te gebruiken om ongemakkelijke veranderingen samen het hoofd te bieden. En op dat punt ontbeert mijns inziens de Agenda heldere keuzes. De concrete haken om lopende ontwikkelingen aan op te hangen missen te veel. Niet kiezen vertraagd transities. Iets wat het Waddengebied zich niet kan veroorloven.

Niet-kiezen als politieke koers

200301 Urban-sprawl, bron planologisch-nlHet niet willen kiezen is een bewuste keuze geweest in de Ruimtelijke Ordening politiek van de afgelopen decennia. ‘We willen geen Belgische toestanden’ was lang een veel gehoorde kreet, verwijzend naar de losse bebouwing en verlies aan landschappelijke kwaliteit in ons buurland door het ontbreken van een voldoende regulerend kader. In de omgeving van de stad Gent is het beheer van de nutsvoorzieningen daardoor bijna onbetaalbaar geworden. Natuurgebieden zijn relicten en het waterbeheer zeer complex. Toch zijn we in Nederland ook die weg ingeslagen. De groeiende weerstand tegen ‘de verdozing van Nederland’ komt niet uit de lucht vallen. We nemen wel visies aan, maar borgen die niet meer in de doorwerking naar ge- en verboden en samenhangende ontwikkelingen. De enige juridische borging zit nu nog in de vaak verouderde gemeentelijke bestemmingsplannen en in de Europese sectorale wetgeving zoals Natura 2000. Met alle juridische strijd van dien, een strijd die vaak alleen maar verliezers kent.

Belangenafweging over rug concrete initiatieven

Ik ga wat kort door de bocht, maar dit is wel ongeveer het plaatje. Ook voor het Waddengebied. Met als consequentie dat niet-kiezen en niet-borgen er toe leidt dat de belangenafweging – een typische overheidstaak  – pas aan de orde komt bij concrete initiatieven. Waarbij uiteindelijk de juridische toetsing de afweging gaat domineren; mag het of mag het niet. De bedoeling van het initiatief verdwijnt op de achtergrond. Het samen anders vormgeven van een initiatief, zodat het beter past? We komen er amper aan toe. En juridische trajecten zijn complex. Hoe meer doelen het initiatief wil dienen, hoe moeilijker. Dus gaan we knippen tot behapbare, snel te realiseren projectjes. De samenhang en de marsroute naar een volhoudbaar Waddengebied 2050 en kansrijke bijdragen aan de genoemde transities worden even uit het oog verloren.

Niet waar? Op dit moment moet wederom een kabel door het Waddengebied om wind-op-zee aan te sluiten op het Nederlandse stroomnet. Nu de inspraak en het zoeken naar een ‘ecologische plus’ en straks de juridische procedures, velen zijn er mee bezig. Met alle goede bedoelingen. Maar niemand is in staat een time-out te vragen om invulling te geven aan een wens die al langer leeft om de aansluiting van wind-op-zee in één keer goed te doen. Ook de Agenda koerst niet aan op zo’n time-out, agendeert deze noodzaak niet bij het Nationaal Groeifonds. En zo zijn er meer voorbeelden te benoemen.

“De waardering groeit voor een overheid die mensen en bedrijven helpt.” schrijft Marc Chavannes in De Correspondent in een artikel over Brexit-onderhandelingen. De waardering voor de natuur dichtbij groeit bij de Nederlandse bevolking. Er lijkt meer bereidheid te zijn ecologie en economie meer in balans te ontwikkelen. Lijkt, omdat dat goed gaat zolang het gaat om een economische ontwikkeling die ook een ecologische plus kan generen. Maar minder goed gaat het als economische ontwikkelingen niet meer kunnen als we de natuur in Nederland serieus nemen en het dus een verbod wordt. Het “Niet alles kan” advies van Remkes is veelzeggend.

Energie in Waddengebied richten

De actuele ontwikkelingen en trends in de Nederlandse samenleving en het Nederlandse Waddengebied geven mijns inziens alle aanleiding duidelijke keuzes te maken. Keuzes waar niet iedereen altijd gelukkig van zal worden. Maar die wel duidelijkheid geven. En die meer richting kan geven aan al die energie die in het gebied aanwezig is.

Het Uitvoeringsprogramma zal daarbij helpen. Maar het Waddengebied is het waard om op sommige onderdelen duidelijke kaders mee te geven. Het Waddengebied kent actieve spelers. Zij zijn het waard met middelen geholpen te worden hun bijdrage te leveren aan doelen voor de samenleving als geheel; doelen waar de overheid namens ons allemaal voor aan de lat staat. Het Waddengebied als proeftuin voor het post-neoliberale tijdperk dat zich begint af te tekenen? Volgens mij lenen het mooiste natuurgebied, het UNESCO Werelderfgoed, de trotste Waddeneiland-gemeenschappen en de ondernemende kust zich daar prima voor. Laten we ons dan ook zo presenteren.

 

Meer lezen over de ontwerp-Agenda Waddengebied en de internetconsultatie kan via deze link.

De afbeeldingen bij deze blog zijn ontleend uit analyses van het Belgische ruimtelijke ordeningsbeleid. Kaartjes tussen 1976 en 2000 laten zien hoe de dunne verstedelijking van ‘nevelstad’ Vlaanderen zich heeft voltrokken. Natuur en water komen in het gedrang. Vanuit de lucht is goed te zien wat ‘urban sprawl’ betekent. Ieder voor zich woont best mooi, maar als samenleving niet te beheren.